Veel mensen hebben ooit wel eens van een hernia gehoord of kennen iemand die er ooit last van gehad heeft. Vaak is het echter onduidelijk voor hen wat een hernia precies inhoudt en wat je er aan kan doen.

De wetenschappelijke naam voor een hernia is ‘Hernia Nuclei Pulposi’ (HNP). Hernia betekend ‘breuk’ of ‘uitstulping’ en de ‘nucleus pulposus’ is de gelachtige kern van een tussenwervelschijf. Om deze kern zitten normaal gesproken ringen van kraakbeen om de boel op zijn plek te houden. Bij een rughernia is er dus sprake van een uitstulping van de kern door de kraakbeenringen (zie afbeelding).

De meest voorkomende plek van zo’n hernia is laag in de rug, maar het kan ook in de nek voorkomen.

In sommige gevallen kan de uitstulping precies tegen een zenuwwortel aanduwen, die tussen de wervels naar buiten komen. In dat geval zal de persoon last kunnen hebben van stekende, of schietende pijn in een van de benen (rughernia) of armen (nekhernia).

De oorzaak van een hernia is soms moeilijk te voorkomen. In veel gevallen speelt aangeboren zwakte van de tussenwervelschijf of leeftijd een rol. Maar sommige risicofactoren hebben we zeker zelf in de hand. Zo verhogen overgewicht, roken en een gebrek aan beweging de kans op een hernia. Al met al geeft een gezonde leefstijl dus de grootste kans op het voorkomen van een hernia.

Door middel van een MRI is goed te zien of er sprake is van een HNP en of deze op een zenuw duwt. Als dat het geval is volgt er vaak in eerste instantie een verwijzing naar de fysiotherapeut. In ongeveer 80% van de gevallen gaat de pijn namelijk vanzelf weer over. Een fysiotherapeut kan helpenbij een zo optimaal mogelijk herstel door middel van adviezen en oefeningen. Het lichaam ruimt daarbij zelf de uitstulping op waardoor de klachten soms al na 8 weken minder kunnen worden. Mochten de klachten niet voldoende afnemen kan het soms nodig zijn om te opereren.

Heeft u last van uw nek of rug en/of zenuwpijn in uw armen of benen? Maakt u zich zorgen of u misschien een hernia heeft? Maak een afspraak voor een intake bij 1 van onze fysiotherapeuten. Zij kunnen aan de hand van een gesprek en lichamelijk onderzoek een inschatting maken of hier inderdaad sprake van is. Indien nodig, zullen zij u naar de huisarts verwijzen voor verder onderzoek.